‘Ik zie een cultuurles als een game: alles is zo geprogrammeerd dat het de kinderen uitnodigt om verder te gaan,’ kunstvakdocent Marijke Veldhuizen kijkt terug op haar lessen voor basisschool Obs Theo Thijssen West- Knollendam als verdieping bij hun bezoek aan het Rijksmuseum. Deze lessen werden in samenspraak met de leerkrachten ontwikkeld, in opdracht van CuCo*.

‘Ik bereid alles voor: de inhoud, de werkvormen – soms besteed ik dagen aan voorbeelden maken. Want dat is mijn rol: laten zien wat er allemaal mogelijk is. Ik bied de kinderen kennis, materiaal, inzicht en techniek – dat is alles wat nodig is om ze lijntjes te laten leggen met hun eigen ervaringen in hun hoofd en aan de slag te gaan.’

Van breed naar concreet

Marijke Veldhuizen staat al jaren als kunstvakdocent voor de klas. Na de lerarenopleiding, 15 jaar ervaring in het onderwijs, de opleiding museologie en jaren ervaring als museumeducator, weet ze wat nodig is voor een goede les.

‘Ik verdiep me altijd eerst in het thema. Ik zoek de kerndoelen erbij, de canon en achtergrondinformatie over de aanbieder. En de vaardigheden van de 21e eeuw spelen ook hun rol. Ik ga er eerst heel breed in, daarna ga ik strepen: wat is belangrijk voor het kind? Zo hou ik een rijke en gelaagde les over.’

‘In de tentoonstelling in het Rijksmuseum hingen portretten van Michiel de Ruyter, Napoleon, Lodewijk Napoleon. Deze mensen zijn geschilderd als held van die tijd. Zo kwam ik op het idee om de kinderen hun eigen superkracht te laten verbeelden. Natuurlijk bespreek ik daar ook bij dat deze helden niet altijd en door iedereen als helden worden gezien. Mijn lessen raken eigenlijk altijd aan een actueel maatschappelijk thema.’

Het blijft maatwerk

‘Soms heb je een kind dat niet durft, die geef ik vertrouwen door te vertellen dat je niet wordt beoordeeld op je werk: je krijgt geen cijfer, andere kinderen mogen ernaar kijken, maar mogen er niets van zeggen. Het is jouw werk. Een andere keer had ik twee jongetjes die in gevecht waren met hun ontwerp. Die heb ik erbij gehaald door ze een hele concrete opdracht te geven, daar konden ze wel wat mee.’ Zo blijkt ervaring en pedagogische capaciteiten even belangrijk als een goed voorbereidde les.